Enige jaren geleden schreef ik over een wedstrijd tegen Voleem. Voor wie wil lezen, het staat nog ergens verstopt in de krochten van de site. Het was een soort ode aan de boer. De eerlijke mens die zwijgend en zwoegend door het leven ging. In alle vroegte nog met de slaap in de ogen rijdend over de Wakkere Dijk. Op weg naar weer een dag ploeteren en prutsen op het land, tussen de melkkoeien en mestwagens. Geen protest van deze boer. Hij was puur, stond dicht bij de natuur. Het enige stof waar hij in stikte was die van het droge zand van zijn eigen land.
Hoe anders is dat nu. Op weg naar Voleem zien we de vlaggen ondersteboven, een stro-pop in de wei. Met een slogan als “Zonder boer geen bier” Niks van te merken in de kantine overigens. Ook het volk van de club Voleem is totaal veranderd. De oude koppen van weleer zijn er niet meer. Niet meer mijn oude havenmeester, niet meer die andere Schaap en oud-collega van Feije. Zelfs niet meer die broer van Herman Finkers (al speelt die nog wel tegen H4). Allemaal nieuwe mensen. We spelen in hun nieuwe Huis van Eemnes waar die uitbreiding zelfs wordt gevierd. Er staat zelfs een levensgroot gedicht op die muur die dit alles bevestigt. Een zin zelfs waarin gesproken wordt over de inwoners van het dorp dat zoveel nieuwen Bemenst. Ik kan het niet laten om te noemen dat dit toch Bemest moet zijn. Gods water over Gods akkers toch? Tsja, het blijft een boerendorp. Maar de poging om met dit multifunctionele pand een stadsallure uit te stralen is dat toch niet helemaal gelukt. Een sporthal, dorpshuis en bibliotheek ineen. Ik keek om mee heen en zag oudjes bij een biljard, een groepje jongeren allemaal met kromme nek turend naar de mobieltjes, een moeder met kinderwagen. Bij de nazit kende de bardame het woord Teamschotel niet eens. Er is een bekakte gooise R te horen bij noemen van de Bitujjgajjjnituujjj. Hoe onderontwikkeld is dat en meer opvallend…iedereen was wit. Diversiteit in Eemnes is nog ver te zoeken.
En met al die vooruitgang en uitbreiding is de eerlijkheid ook wat verdwenen. Vooraf hebben we getracht de wedstrijd te verzetten omdat wij verre van compleet waren. Slechts 1 buitenman en slechts 1 middenman. Reden genoeg om te kijken naar een ander moment voor een eerlijk treffen. We spelen nog steeds in de 2e klasse. Klinkt goed, maar is feitelijk niet zo heel ver van de Kelderklasse af. Wij spelen voor de lol, een beetje beweging en als je het eerlijk wilt hebben ga je toch altijd akkoord met verzetten? Maar niets was minder waar. De nieuwe boer gaat het niet daarom, maar om winstbejag. Roofdierengedrag die juist wilde spelen omdat de prooi verzwakt is. En verzwakt zijn we want de eerdere 10 strafpunten hebben we nog niet ingehaald. Al verkeren we wel in goed gezelschap. Las deze week nl. dat Juventus 15 strafpunten heeft gekregen. Voor ons nog 5 te gaan.
Spelen en verliezen dus. Met een verrassingsopstelling waarbij zelf onze eigen Italiaan een setje op midden speelde.
Maakt dat verlies wat uit? Helemaal niets want de Nevobo heeft besloten dat we volgend jaar zelf kunnen kiezen in welke klasse we willen spelen. Dus komen we die stadsboeren gewoon weer tegen. Dan gaan wij met grepen, hooivork en fakkels hun kant op. Steken we de stro-pop in de fik, samen met de boekverbrandingen in hun dorpshuis. Maarten weet met zijn archeologische kennis vast nog wel wat extra acties en Feije mag als gewezen fysiotherapeut zijn oude vak weer uitvoeren; de middeleeuwse beul.
Of zullen we het toch gewoon gezellig houden. Dit leed kunnen we toch wel beschouwen als klein leed. Van de rest is er al genoeg. En die boer, stadsboer of stadsmens ....? Ach…we ploeteren wel door.
Marty